
Slechts één op de vijf (22%) Zuid-Hollanders controleert maandelijks de bandenspanning. Met de juiste bandenspanning bespaar je al snel zo’n €10 euro per maand. En je rijdt ook nog eens veiliger. Dus ga je met de auto weg in de meivakantie? Doe dan voor vertrek de bandencheck.
Banden lopen vanzelf langzaam leeg. Als je bandenspanning te laag is, heb je minder grip op de weg, rem je minder goed en heb je meer kans op een klapband. Check daarom regelmatig je bandenspanning. En pomp je banden op als dat nodig is. Zo verbruik je minder brandstof en gaan je banden langer mee.
1. Vind snel een bandenpomp in de buurt via vindbandenpomp.nl
Op vindbandenpomp.nl vind je simpel een bandenpomp bij jou in de buurt en zie je waar het gebruik ervan wel of niet gratis is. Je kan op de website gelijk de route berekenen.
2. Geef je banden lucht volgens de adviesspanning
De adviesspanning vind je in het instructieboekje, op een sticker in de deur of het tankklepje of op watismijnbandenspanning.nl. Soms staat er voor jouw auto ook een hogere adviesspanning voor een zwaarbeladen auto. Het voordeel van die hogere adviesspanning is dat de banden over een langere periode op voldoende spanning blijven en je nog zuiniger rijdt.
3. De bandenmaat staat op de zijkant van je band
Misschien herken je het wel: je zoekt de adviesspanning, maar nu staan er allerlei verschillende bandenmaten. Hoe weet je welke maat jouw banden zijn? Dat is makkelijker dan je denkt: de bandenmaat staat gewoon op de zijkant van je band.
4. Check de bandenspanning als je banden koud zijn
De bandenspanning is gebaseerd op koude banden. Heb je meer dan 5 kilometer of 15 minuten gereden? Tel dan 0,3 bar op bij de adviesspanning.
5. Vergeet je reserveband niet op te pompen
Heb je een reserveband? Check die dan ook gelijk. Zo weet je zeker dat je reserveband de juiste spanning heeft, mocht je langs de weg komen te staan. De adviesspanning van je reserveband vind je in het instructieboekje.
Geef een reactie